D-12
Selecteren en spelen van een toon
4.
Als de
4
(UPPER 1) toetsndicator niet
brandt, druk dan op de
4
(UPPER 1) toets
zodat de betreffende indicator brandt.
5.
Controleer dat de indicator boven de
br
(TONE) toets brandt.
• Als deze niet brandt, druk dan op de
br
(TONE) toets
zodat de bovenste indicator brandt.
6.
Selecteer d.m.v. de
ck
tot en met
cr
(Toongroep) toetsen de gewenste groep.
• De indicator van de ingedrukte toets gaat branden.
7.
Selecteer d.m.v. de
bt
(w, q) toetsen de
gewenste toon. Nu kunt u op het toetsenbord
spelen met de geselecteerde toon.
Voorbeeld: Selecteren van de “Jazz Organ 2” toon in de
“ORGAN” (orgel) groep
OPMERKING
• Door tegelijkertijd op w en q te drukken wordt
toon 001 geselecteerd van de op dat moment
geselecteerde groep.
• Door w of q ingedrukt te houden wordt versneld
door de tonen gescrold.
• Door de
bs
(FUNCTION) toets ingedrukt te houden
terwijl u op w of q drukt, worden 10 melodieën
overgeslagen.
U kunt het toetsenbord zodanig configureren dat het
twee verschillende tonen tegelijkertijd speelt (laag) of
twee verschillende tonen speelt op het linker en rechter
bereik (splitsing). U kunt lagen en splitsingen zelfs in
combinatie gebruiken.
Hieronder worden de verschillende combinaties van
lagen en splitsingen beschreven.
z Een toon over het gehele toetsenbord (pagina D-11)
Gebruik zone UPPER 1.
z Twee gelaagde tonen over het gehele toetsenbord
(pagina D-13)
Gebruik de zones UPPER 1 en UPPER 2 op hetzelfde
moment.
z Twee tonen, een voor het linker bereik en een voor
het rechter bereik van het toetsenbord (pagina
D-14)
Gebruik de zones UPPER 1 en LOWER 1 op
hetzelfde moment.
z Vier tonen, twee gelaagde het linker bereik en
twee gelaagde voor het rechter bereik van het
toetsenbord (pagina D-15)
Gebruik de zones UPPER1, UPPER2, LOWER1 en
LOWER 2 op hetzelfde moment.
Brandt
Toonnummers Toonnaam
Lagen en splitsingen
aanbrengen in tonen
UPPER 1
UPPER 1 INT ON
(bovenste 1 Int. aan)
LAYER OFF (laag uit)
SPLIT OFF (splitsing uit)
UPPER 1
UPPER 2
UPPER 1/2 INT ON
(bovenste 1/2 Int. aan)
LAYER ON (laag aan)
SPLIT OFF (splitsing uit)
LOWER 1 UPPER 1
UPPER 1/LOWER 1 INT ON
(bovenste 1/onderste 1 Int. aan)
LAYER OFF (laag uit)
SPLIT ON (splitsing aan)
LOWER 1 UPPER 1
LOWER 2 UPPER 2
UPPER 1/2 INT ON
(bovenste 1/2 Int. aan)
LOWER 1/2 INT ON
(onderste 1/2 Int. aan)
LAYER ON, SPLIT ON
(laag aan, splitsing aan)
Comments to this Manuals