80
OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
Gebruiken van de BESTSHOT functie
Door één van de 23 BESTSHOT achtergronden te
selecteren wordt de camera automatisch klaar gemaakt
voor het opnemen van een soortgelijk beeld.
Décor nummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
Décor nummer
23
1.
Druk op [ ] (REC) en
selecteer daarna “
BESTSHOT” als de
opnamefunctie (pagina
48).
• Hierdoor wordt de
BESTSHOT functie
ingeschakeld en wordt een
voorbeelddécor getoond.
• U kunt de toetsaanpasfunctie (pagina 103) gebruiken
om de camera te configureren om de BESTSHOT
functie in te schakelen telkens wanneer u op [] of
[] drukt tijdens een opnamefunctie (REC).
2.
Gebruik [] en [] om de gewenste voorbeeld
achtergrond te selecteren en druk vervolgens
op [SET].
• Als u wilt checken welk voorbeelddécor op het
moment geselecteerd is of als u naar een ander
décor wilt overstappen, druk dan nogmaals op [SET].
3.
Neem het beeld op.
Décor naam
Portrait (Portret)
Scenery (Landschap)
Portrait With Scenery (Portret met landschap)
Coupling Shot (Combinatieshot) (pagina 84)
Pre-shot (Vooropname) (pagina 86)
Children (Kinderen)
Candlelight Portrait (Portret met kaarslicht)
Party (Feestje)
Pet (Huisdier)
Flower (Bloem)
Natural Green (Natuurlijk groen)
Sundown (Zonneergang)
Night Scene (Nachtdécor)
Night Scene Portrait (Portret met nachtdécor)
Fireworks (Vuurwerk)
Food (Voedsel)
Text (Tekst)
Collection (Collectie)
Monochrome (Monochroom)
Retro (Retro)
Twilight (Schemer)
Business cards and documents
(Naamkaartje en documenten) (pagina 88)
White board, etc. (Wit bord, enz.) (pagina 88)
Register User Scene
(Registeren van gebruikersdécor)
(pagina 82)
Décor naam
Comments to this Manuals