176
AFDRUKKEN
• Een deel van het metalen gedeelte
van de stekker is zichtbaar zoals te
zien in de afbeelding zelfs als de
stekker correct ingestoken is.
• Let op wanneer u de USB kabel
aansluit op de camera of op uw
printer. USB poorten en kabelstekkers hebben een vorm
die een goede aansluiting mogelijk maakt.
6. Schakel de printer in.
7. Leg papier in de printer.
8. Schakel de camera in.
Hierdoor verschijnt een
printmenu op het
beeldscherm van de camera.
9. Selecteer d.m.v. [S] en [T] “Paper Size”
(papierformaat) en druk vervolgens op [X].
10.
Selecteer d.m.v. [S] en [T] het papierformaat
en druk vervolgens op [SET] (instellen).
• Hieronder volgen de beschikbare papierformaten.
3.5" × 5", 5" × 7", 4" × 6", A4, 8.5" × 11", By Printer (door
de printer)
• Door selecteren van “By Printer” (door de printer) wordt
afgedrukt op het papierformaat dat op de printer wordt
geselecteerd.
• Welke instellingen voor het papierformaat beschikbaar
zijn hangt af van de aangesloten printer. Zie de
gebruiksaanwijzing die met de printer wordt mee
geleverd voor volledige details.
11.
Specificeer d.m.v. [S] en [T] de gewenste
afdrukoptie.
Als u een specifiek beeld wilt afdrukken:
Selecteer “1 Image” (1 beeld) en druk vervolgens op
[SET] (instellen). Toon daarna d.m.v. [W] en [X] het beeld
dat u wilt afdrukken.
Als u meerdere beelden wilt afdrukken:
Selecteer “DPOF Printing” (DPOF afdrukken) en druk
vervolgens op [SET] (instellen). Specificeer vervolgens
m.b.v. de DPOF instellingen (pagina 177) de beelden die
u wilt selecteren.
• Druk op [BS] om de
datumafstempeling
beurtelings in en uit te
schakelen. De
datumafstempeling wordt
afgedrukt wanneer “On”
(aan) op het beeldscherm
getoond wordt.
B
Comments to this Manuals