138
Andere instellingen (Instellen)
Andere instellingen (Instellen)
Dit hoofdstuk geeft uitleg over de menu items die u kunt gebruiken om instellingen te
configureren en andere bewerkingen uit te voeren tijdens zowel de OPNAME en
WEERGAVE modus.
Procedure
[MENU] * Instellen indextab * Scherm
U kunt u de helderheid van het beeldscherm veranderen.
Procedure
[MENU] * Instellen indextab * Eye-Fi
Selecteer “Uit” om de communicatie van de Eye-Fi kaart te deactiveren (pagina 133).
Zie pagina 61 voor informatie betreffende de menubewerkingen.
Bijstellen van de helderheid van het beeldscherm (Scherm)
Auto 1 of
Auto 2
Bij deze instelling detecteert de camera de beschikbare lichtniveau’s in
en stelt overeenkomstig daarmee de helderheid van het beeldscherm in.
• Auto 2 stelt sneller bij tot een helderder instelling dan Auto 1.
+2
Een helderheid die meer is dan +1, hetgeen het gemakkelijker maakt om
het scherm te zien. Deze instelling verbruikt meer stroom.
+1
Helderheidinstelling voor gebruik buiten, enz. De helderheid is groter
dan 0.
0 Normale beeldscherm helderheid voor gebruik binnen, enz.
–1
Schermhelderheid om in een donkere omgeving te kijken zonder
anderen om u heen te storen.
Uitschakelen van Eye-Fi kaartcommunicatie (Eye-Fi)
Comments to this Manuals