Casio WK-7500 Handbook Page 47

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 167
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 46
Gebruiken van de Toon Editor
D-46
De toongebieden K:001 - K:100 zijn voor het opslaan van
gebruikerstonen. U kunt maximaal 100 gebruikerstonen op
elk moment opgeslagen hebben in het geheugen. U kunt een
opgeslagen gebruikerstoon oproepen door te drukken op de
R-11 ([K] USER TONES) toets. Zie “Selecteren van een toon”
(pagina D-14).
1.
Selecteer de toon die u wilt bewerken om uw
eigen gebruikerstoon te creëren.
Selecteer de toon die u wilt bewerken van de groepen
A - J (voorkeuzetonen) of groep K (gebruikerstonen).
De parameters die u kunt bewerken voor groep L
(trekorgel) tonen zijn anders dan die u kunt bewerken
voor groep A - K tonen. Voor meer informatie zie
“Bewerken van trekorgeltonen” (pagina D-52).
2.
Druk op de C-8 (TONE EDITOR) toets.
Hierdoor wordt het toonbewerkingsscherm getoond.
U kunt d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen tussen pagina’s
scrollen.
3.
Verplaats d.m.v. de R-17 (t, y) toetsen 0 naar
de parameter die u wilt veranderen.
Zie “Toonparameterinstellingen” (pagina D-48)
informatie details aangaande de bediening en het
instelbereik van elke parameter.
4.
Selecteer de instelwaarde d.m.v. de
draairegelaar of de R-14 (–, +) toetsen.
Door de R-14 (–, +) toetsen tegelijkertijd in te drukken
wordt de parameter teruggezet op de oorspronkelijke
default instelling.
5.
Herhaal de stappen 3 en 4 zoals vereist om
andere parameters te configureren.
6.
Houd om een ritme op te slaan na het te hebben
bewerkt de R-13 (FUNCTION) toets ingedrukt
terwijl u op de C-17 (MENU) toets drukt.
Hierdoor wordt het toonbewerkingsmenu getoond.
7.
Druk op de R-16 (ENTER) toets.
Hierdoor wordt een scherm getoond voor het
specificeren van het bestemming
gebruikerstoonnummer en de toonnaam.
8.
Selecteer d.m.v. de draairegelaar of R-14 (–, +)
toetsen het bestemming gebruikers
toonnummer dat u wilt gebruiken.
9.
Verplaats d.m.v. de R-17 (u, i) toetsen de
cursor naar de naamletterpositie die u wilt
veranderen en selecteer dan d.m.v. de
draairegelaar of de R-14 (–, +) toetsen het
gewenste karakter.
Zie “Ondersteunde invoerkarakters” (pagina D-160)
voor informatie aangaande de karakters die u kunt
invoeren voor de naam.
Druk tegelijkertijd op beide R-14 (–, +) toetsen om een
spatie in te voeren.
10.
Druk nadat alles naar wens is op de R-16
(ENTER) toets.
Er verschijnt een boodschap (Replace?) (vervangen?)
in de display om te bevestigen of u de bestaande data
wilt vervangen door de nieuwe data. Druk de R-14
(YES) toets om de bestaande data te vervangen door
nieuwe data.
Creëren van een gebruikerstoon
Gebruikerstoonnummers
Creëren en opslaan van een gebruikerstoon
Parameternaam Huidige instelling
Totaal aantal pagina’s
Momenteel getoonde pagina
Momenteel geselecteerde parameter
(Omsloten door vetgedrukte haakjes %).
Toonnaam
Bestemming gebruikertoonnummer
Page view 46
1 2 ... 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 ... 166 167

Comments to this Manuals

No comments