111
WEERGAVE
Afmetingen van een beeld heraanpassen
U kunt het formaat van het opgenomen beeld
heraanpassen tot één van de volgende twee formaten.
• 1280
×
960 beeldpunten (SXGA) : optimaal voor het
afdrukken van afdrukformaten 3.5˝
×
5˝ of kleiner
• 640
×
480 beeldpunten (VGA) : meest geschikt als
bijlagen bij e-mail boodschappen of als onderdeel van
webpagina’s.
1.
Druk tijdens een weergavefunctie (PLAY) op
[MENU].
2.
Selecteer de “PLAY”
(weergave) tab,
selecteer “Resize”
(afmetingen
heraanpassen) en
druk daarna op [].
• Merk op dat deze bewerking alleen mogelijk is
wanneer een snapshot beeld zich op het
beeldscherm bevindt.
3.
Gebruik [] of [] om door de beelden te
bladeren en dat beeld te tonen waarvan de
afmetingen heraangepast dienen te worden.
4.
Gebruik [] of [] om de gewenste instelling
te selecteren en klik dan op [SET].
• Selecteer “Cancel” (annuleren) om het
heraanpassen van de afmetingen te annuleren.
BELANGRIJK!
• Door de afmetingen van een beeld her aan te
passen wordt een nieuw bestand gecreëerd dat het
beeld bevat in de afmetingsgrootte die u selecteert.
Het bestand met het oorspronkelijke beeld blijft ook
in het geheugen.
• Merk op dat u de afmetingen van de volgende
beeldtypen niet kunt heraanpassen.
— Beelden met 640
×
480 beeldpunten en kleinere
beelden
— Beelden met 2048
×
1360 beeldpunten (3:2)
— Filmbeelden en de icoon voor
spraakopnamebestanden
— Beelden opgenomen met een andere camera
• De afmetingen kunnen niet worden aangepast
wanneer er niet genoeg geheugen is om het
heraangepaste beeld op te slaan.
• Wanneer u een beeld waarvan de afmetingen zijn
heraangepast weergeeft via het beeldscherm van de
camera, geven de datum en de tijd aan wanneer het
beeld oorspronkelijk opgenomen was, niet wanneer
de afmetingen van het beeld heraangepast werden.
Comments to this Manuals