140
GEAVANCEERDE INSTELLINGEN
*1 “On” (aan) herstelt de geselecteerde BEST SHOT scene op
wanneer de camera opnieuw ingeschakeld wordt. “Off” (uit)
verlaat de BEST SHOT scene wanneer de camera wordt
uitgeschakeld.
*2 Alleen bij de optische zoomstand.
BELANGRIJK!
• Door de camera uit te schakelen terwijl het
functiegeheugen voor de BEST SHOT functie
ingeschakeld is, worden de instellingen opgeroepen voor
de BEST SHOT scene die geselecteerd was toen u de
camera het laatst uitgeschakelde. Dit is het geval ongeacht
de aan/uit instellingen van elke instelling in het
functiegeheugen, behalve voor de zoomstand.
Terugstellen van de camera tot de
defaultinstellingen die oorspronkelijk in
de fabriek waren gemaakt (reset)
Volg de volgende procedure wanneer u de camera terug wilt
stellen op de defaultinstellingen die oorspronkelijk in de fabriek
waren gemaakt, m.a.w. de instellingen zoals die geconfigureerd
waren toen u de camera aanschafte. Zie “Menureferentie” op
pagina 267 voor de defaultinstellingen die oorspronkelijk in de
fabriek waren gemaakt voor elk item in het menu.
1. Druk op [MENU].
2. Selecteer bij de “Set Up” (basisinstel)
indextab “Reset” (terugstellen) en druk
vervolgens op [X].
3. Selecteer d.m.v. [S] en [T] “Reset”
(terugstellen) en druk vervolgens op [SET]
(instellen).
• Selecteer “Cancel” (annuleren) om de procedure te
annuleren zonder terug te stellen.
Comments to this Manuals