6-12
• Op een regressiegrafiek kunt u de functie Trace uitvoeren, maar niet de functie trace scroll.
• Voer een positief geheel getal in voor frequentiewaarden. Als u andere getalwaarden
(decimalen, etc.) invoert, verschijnt een foutmelding.
k Regressie-analyse
Nadat u statistische waarnemingen met twee variabelen hebt getekent, kunt u het
functiemenu onderaan het scherm gebruiken om te kiezen uit een groot aantal verschillende
regressietypes.
• { ax + b } / { a + bx } / { Med } / { X^2 } / { X^3 } / { X^4 } / { Log } / { ae ^ bx } / { ab ^ x } / { Pwr } / { Sin } / { Lgst } ... {lineaire
regressie (
ax + b form)}/{lineaire regressie ( a + bx form)}/{lineaire regressie ten opzichte
van de mediaan}/{tweedegraads regressie}/{derdegraads regressie}/{vierdegraads
regressie}/{logaritmische regressie}/{exponentiele regressie (
ae
bx
form)}/{exponentiele
regressie (
ab
x
form)}/{machtsregressie}/{sinusvormige regressie}/{logistieke regressie}
berekening en tekenen
• { 2VAR }... {resultaten van statistieken met twee variabelen}
k Weergave van regressieberekeningen
Wanneer u een regressieberekening maakt, verschijnen de berekende parameters van de
regressieformule (zoals a en b in de lineaire regressie y = ax + b ) op het scherm. U kunt deze
functie gebruiken om de resultaten van de statistische berekeningen te krijgen.
De parameters van de regressieformule worden, als er een grafiek op het scherm staat,
berekend zodra u de functietoets indrukt die aangeeft welk regressietype u wilt.
De volgende parameters worden gebruikt door lineaire regressie, logaritmische regressie,
exponentiële regressie en machtsregressie.
r ..............correlatiecoëfficiënt
r
2
............. bepalingscoëfficiënt
MSe .........gemiddelde kwadraten van de fouten
k Grafische afbeelding van de resultaten
Nadat de parameters van de regressieformule berekend en weergegeven zijn, kunt u de
regressieformule bewaren in een functievoorschrift en de grafiek van de regressiekromme
tekenen door te drukken op 6(DRAW).
k Lineaire regressie ten opzichte van het gemiddelde
Lineaire regressie gebruikt de kleinste kwadraten-methode om een rechte lijn te trekken die
dicht langs zo veel mogelijk gegevenspunten gaat, en geeft een waarde voor de helling en het
snijpunt met de
y -as ( y -coördinaat als x = 0) van de lijn.
Hierna volgt hoe u te werk moet gaan als de lijsten met waarnemingsgetallen op het scherm
staan.
1(CALC) 2(X)
1(
ax + b ) of 2( a + bx )
6(DRAW)
Comments to this Manuals