2-36
A!m(SET UP)
Selecteer “Modus”, en druk op
2(Dec) J.
1(d~o) 1(d) ccw
J3(DISP) 3( 'Bin) w
4( 'Oct) w
8. Matrixrekenen
Belangrijk!
• Matrixberekeningen kunnen niet op de fx-7400GII worden uitgevoerd.
Kies vanuit het hoofdmenu de modus RUN
•
MAT en druk op 1( 'MAT) om
matrixberekeningen uit te voeren.
Het toestel kan dankzij 26 geheugens voor matrices (van Mat A tot Mat Z) plus een geheugen
voor de laatste matrix (MatAns) om de volgende bewerkingen met matrices uit te voeren.
• Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen
• Vermenigvuldigen met een getal
• Determinant
• Getransponeerde van een matrix
• Inverse van een matrix
• Kwadraat van een matrix
• Macht van een matrix
• In een matrix van alle elementen de absolute waarde, het geheel deel, het decimaal deel of
het grootste geheel deel dat niet groter is dan het originele element berekenen
• Invoer van complexe getallen in matrix elementen en complexe getallen in verwante
functies
• Bewerken van matrices met matrixcommando’s
De maximale dimensie van de rijen en kolommen van een matrix is 999.
Over het geheugen voor de laatste matrix (MatAns)
• Het toestel slaat automatisch het resultaat van een matrixberekening op in het geheugen
voor de laatste matrix. Daarbij gelden de volgende regels.
• Bij elke matrixberekening wordt het nieuwe resultaat opgeslagen in het geheugen voor de
laatste matrix. De vorige inhoud van dit geheugen wordt dan gewist en kan niet meer worden
opgeroepen.
• Het opslaan van waarden in het matrixgeheugen heeft geen invloed op het geheugen voor
de laatste matrix.
• Wanneer het resultaat van een matrixberekening
m (rijen) × 1 (kolom) of 1 (rij) × n
(kolommen) is, wordt het resultaat van de berekening ook opgeslagen in het geheugen voor
de laatste vector (VctAns).
Comments to this Manuals